Life Academy op zoek naar oplossing personeelstekort: samenwerking met onderwijs

De Life Academy – onderdeel van het samenwerkingsverband Life Cooperative - gaat de strijd aan met personeelstekorten in de life science-sector in Groningen. De sector is booming, maar daarmee neemt ook de vraag naar talenten toe. “We gaan vraag en aanbod structureel bij elkaar brengen.”

De initiatiefnemer van de Academy is de LIFE Cooperative. Dit is een coöperatie van zo’n 50 bedrijven op het gebied van Life Science en MedTech. De deelnemers - van start-ups tot mkb- en grote bedrijven – vertegenwoordigen samen zo’n 4.500 fte en zijn goed voor een omzet van 500 miljoen euro. Indrukwekkende specs, en daarbij blijft het niet. Integendeel: “De leden van de coöperatie groeien met gemiddeld 7 procent per jaar, richting de 5.500 fte eind 2025”, zo vertelt Sven Stielstra, projectmanager bij Life Cooperative.

Geweldig nieuws natuurlijk, zegt Stielstra, maar het betekent ook dat er komende jaren nog meer talenten nodig zijn. En dat terwijl er nu al nijpende tekorten zijn. De Life Academy zoekt de oplossing voor dit probleem in een verregaande en structurele samenwerking tussen het bedrijfsleven aan de ene kant en de onderwijs- en kennisinstellingen anderzijds.

Een eerste stap in die samenwerking is een uitgebreide inventarisatie van de behoeftes vanuit het bedrijfsleven. “Hoeveel vacatures zijn er? Om wat voor functies gaat het? Welke skills zijn belangrijk? En vooral: hoe ziet de behoefte er over een aantal jaren uit?”, schetst de projectmanager. Het plan is om de behoeften nauwkeurig in kaart te brengen, zodat ook duidelijk wordt waar de bottlenecks en de grootste uitdagingen zitten.

Een volgende stap is dan om - samen met de Hanzehogeschool Groningen, de Rijksuniversiteit Groningen, NHL Stenden en Noorderpoort - passende antwoorden te ontwikkelen. “Denk aan speciale om- of bijscholingsmodules, opleidingen, trainingen en omscholingstrajecten”, geeft projectcoördinator Selma van der Veen als voorbeeld. “Maar wellicht liggen er ook al kansen bij het basisonderwijs, of is er juist een extra focus op internationale talenten nodig.”